DEF STAN 00-35 Pt3 CN2

Zout (corrosieve) atmosferen

DEF STAN 00-35 Pt3 CN2

Het doel van deze afweerstandaardtest is het bepalen van de weerstand van materiaal tegen met zout beladen atmosferen. Het heeft betrekking op twee verschillende testmethoden, waarnaar wordt verwezen bij de “zoutneveltest” en de “zoutcorrosietest”. Details als volgt:

Zoutneveltest

Deze test is gebaseerd op testnorm BS EN 60068-2-11. Zie elders in dit document voor meer informatie over BS EN 60068-2-11.

Zoutcorrosietest

Deze test is gebaseerd op testnorm BS EN 60068-2-52. Zie elders in dit document voor meer informatie over BS EN 60068-2-52.

DEF STAN 133 method 14

DEF STAN 133 can worden gebruikt om de relatieve weerstand tegen corrosie van onderdelen of apparatuur te testen bij blootstelling aan een veranderend klimaat van een zoutnevel (spray), gevolgd door een hoge luchtvochtigheid, bij een verhoogde temperatuur.

Testmonsters worden in een afgesloten kamer geplaatst (een aparte zoutnevelkamer en een gecontroleerde vochtigheidskamer worden over het algemeen gebruikt) en blootgesteld aan een veranderend klimaat dat bestaat uit de volgende 2-delige herhalingscyclus. 1,0 tot 2,0 uur blootstelling aan een continue indirecte nevel van zout water/synthetische zeewateroplossing, die op de monsters valt met een snelheid die een volume oplossing verbruikt dat ongeveer 1% van het volume van de testkamer per uur vertegenwoordigt. Bij blootstelling aan zoutnevel moet de kamertemperatuur op “normale laboratoriumtemperatuur” zijn. Dit wordt gevolgd door 7 dagen blootstelling aan een hoge luchtvochtigheid klimaat van 90 tot 95% RH, in een kamertemperatuur van +35C. De hele testcyclus wordt vervolgens vier keer herhaald.

Opmerking; DEF STAN 133 methode 14 is vervangen door DEF STAN 00-35 Deel 3 test CN2.

DEF STAN 1053 method 36

DEF STAN 1053 kan worden gebruikt om de relatieve weerstand tegen corrosie van gelakte monsters te testen, bij blootstelling aan een intermitterend zoutsproeiklimaat bij een omgevingstemperatuur.

Testmonsters worden in een afgesloten kamer geplaatst en blootgesteld aan een indirecte spray van synthetische zeewateroplossing, die op de monsters valt, in een kamertemperatuur van omgevingstemperatuur. De mist (zoutspray) wordt dagelijks geproduceerd gedurende 8 perioden van 10 minuten, met tussenpozen van 50 minuten, zonder dat er in het weekend spray wordt aangebracht.

Deze DEF STAN 1053-test wordt ook wel een ‘intermitterende’ zoutsproeitest genoemd.

DEF STAN 1053 method 24

DEF STAN 1053 methode 24 kan worden gebruikt om de relatieve weerstand tegen corrosie van geverfde monsters te testen, wanneer ze worden blootgesteld aan een zoutnevelklimaat bij een omgevingstemperatuur.

De testmonsters worden in een afgesloten kamer geplaatst en blootgesteld aan een continue indirecte nevel van synthetische zeewateroplossing, die op de monsters valt met een snelheid die tussen 1,0 en 1,5 liter zoutoplossing per uur verbruikt, bij een kamertemperatuur van +20C. Dit klimaat wordt gehandhaafd onder constante steady state omstandigheden. De testduur van DEF STAN 1053 methode 24 is variabel.

Deze test wordt ook wel een ‘koude’ zoutsproeitest genoemd.